Fanny blogt vanaf nu verder op haar eigen website van Goesthing. We laten de oude blogs nog even staan maar er komen er geen nieuwe meer bij.

Lees dus verder op www.goes-thing.be/blog. Welkom!

dinsdag 9 september 2014

De gevoeligheden van de meerderheid

Zonder een te negatief beeld te willen schetsen, wil ik toch enkele kenmerken weergeven van de dominante groep in deze samenleving:de Vlamingen. Ik heb op dit vlak veel geleerd uit de ontmoeting met andersen en geloof oprecht dat je culturele zelfkennis maar verhoogt als je de ander echt wil ontmoeten. Ik heb de kans gehad ‘andersen’ te leren kennen in mijn werkpraktijk en privé, soms ‘live’ maar evenzeer door films te kijken, romans te lezen. Laat ons een paar van deze beschouwingen bekijken die relevant zijn vanuit onze positie als trainer/lesgever/teamleider.

Marc Colpaert, cultuurfilosoof, stelt dat Vlamingen leiden aan ‘overgiving’. Het is een cultuur die maar blijft geven, die wil ‘helpen’, maar die maar heel moeilijk kan ontvangen. De balans tussen geven en ontvangen is zoek, als je het vanuit de Nagy-terminologie (contextuele hulpverlening) wil bekijken. Mensen die moeilijk kunnen ontvangen, hebben meestal een geschiedenis van het te weinig erkenning hebben gekregen. En dat typeert Vlaanderen zeker: de taalstrijd is niet verwerkt, ook beide wereldoorlogen, daar raken we nu pas aan en ontdekken wat er echt is gebeurd, ook het leven onder het juk van de katholieke kerk is nog lang niet verteerd. Het gevaar van iemand die maar blijft geven, is dat deze persoon uitgeput geraakt of de ander gaat verwijten maken. Ondanks alle hulp, wordt die ander toch niet zoals mij. En dit is wat de conclusie is die Vlaanderen maakt ivm het integratievraagstuk: alle inspanningen ten spijt blijven zij ‘anders’ en zelfs in bepaalde opzichten ‘lastig’ en we hebben zo ons best gedaan. Dit element ontmoet ik vaak in mijn contacten met begeleiders: “wij hebben er toch alles aan gedaan om, maar zij willen gewoon niet”, “het moet nu maar eindelijk eens van 2 kanten komen”.

Durre Ahmad, een persoonlijke vriendin van Colpaert trouwens, een Pakistaanse Jungiaanse psychologe, die al 15 jaar lang naar Vlaanderen komt, zegt vanuit haar buitenstaandersblik het volgende: er bestaat een onvermogen ‘to bear mystery’: in onze zo op ratio gerichte samenleving, waar de wetenschap heilig wordt verklaard, hebben we het heel moeilijk met wat wij noemen ‘irrationaliteit’, emoties, geloof, transcendentie. De starre houding tegenover de hoofddoek is daar voor haar een voorbeeld van. Hoewel zij zelf een zeer liberale visie aanhangt als moslima op vlak van uiterlijke tekenen – waarmee ik dus niets zeg over de diepte van haar geloof – vindt zij dat het gesprek over de hoofddoek fundamenteel een gesprek tussen vrouwen moet zijn die de hoofddoek al dan niet dragen. De manier waarop er nu over hen beslist wordt, wakkert de invloed van bepaalde strekkingen binnen de islam die een meer fundamentalistischer visie vertegenwoordigen alleen maar aan. “Wat je aandacht geeft, groeit’, zegt David Cooperrider in de benadering van Appreciative Inquiry, maar het is precies wat er gebeurd is met de hoofddoek. ‘Wij’ hebben er een probleem van gemaakt en het probleem is alleen maar groter geworden.
Bovendien voegt zij toe dat in elke samenleving het steeds het feminiene is dat de zondebok is. Daarom is de hoofddoek een symbooldossier.
Een ander voorbeeld hiervan is dat wij de wereld letterlijk verstaan. De figuurlijke taal is aan ons niet besteed. De taal van de logos, noemt Colpaert dit, tegenover de taal van de mythos. De verhalen moeten kloppen, anders ‘geloven’ we ze niet. Hoe ga je dan om met mythes, sagen en sprookjes?

Sigmund Freud – ik moet toegeven, ik ben geen grote fan van hem- leerde ons bij uitstek het Ik-denken. Ik word meer ik door ik. Het is fundamenteel het tegenovergestelde van werelden waarin andersen opgroeien en die veel meer vertrekken vanuit de relatie: ik word meer ik door jij. Waarmee ik zeker niet de hele psychoanalyse verwerp, want veel recentere schrijfsters (Kagitcibaci, Gilligan,...) hebben hier zeer verdienstelijk werk geleverd vanuit een feministische kritiek op Freud en verdergaand academisch studiewerk. Maar zijn werk en visie zijn wel diep ingeslepen geraakt in het culturele patroon.

We vertrekken van een sterk reductionistisch wereldbeeld dat ons toelaat te weten hoe alles functioneert. Echter zonder het soms ten volle te begrijpen. Dit is een beschouwing die je kan horen bij EdwardSaid, die enkele prachtige werken schreef waarin hij Oost en West beschrijft. Het weten van het Westen houdt een reductie in van de werkelijkheid, zo zegt hij. Daardoor kunnen we scoren oa met vooruitgang op wetenschappelijk gebied. Het dwingt ons echter ook om eng ipv breed te kijken, om de realiteit van de complexiteit der dingen tussen haakjes te zetten. Kennis ontwikkelen laat ons toe te domineren. Eén voorbeeld hiervan is ook hoe we naar identiteit kijken, niet als multiple identities, maar we verwachten een ondeelbaar geheel, een monoliet. We vinden de ander niet-authentiek als die niet zijn identiteit in één zin kan verwoorden.

Individualisme, vrijheid om te kiezen, de vooruitgang van wetenschap, .. het zijn verworvenheden. En zij kennen ook hun grenzen en extremiteiten. Er bestaan ook andere, waardevolle perspectieven. Als we in onze samenleving ruimte willen maken voor het samenleven, zullen we deze elementen in balans moeten brengen. Ik ben er persoonlijk van overtuigd dat als we hierin slagen: "the world will be a better place". Zijn we klaar om ons open te stellen voor andere perspectieven zoals: leven in verbondenheid, jezelf afhankelijk kunnen opstellen, breed kijken, verbeelding een plaats geven,...

Ik schreef er een gedicht over:

vier V's 
doorbreken

het centeren
in de comfortzone
van de selfish giants

voelen
verbondenheid
verbeelding
met vaart

want leefbaarheid
op langer termijn
staan op het spel

Fanny